sluiten

Verhaal: Voorzieningen, veeartsen, veeverloskundigen en huisslachters

Bij de boeren kwamen veel mensen over de vloer voor het vee. Vanuit de omliggende plaatsen kwamen veeartsen, veehandelaren en slagers om vee te behandelen, verhandelen of te kopen. Ook hier liep men door elkaar heen, ieder had zijn eigen klanten.

De veeartsen Van den Berg en Vlas uit Zwolle namen in ieder geval een gedeelte van de Oude Wetering onder hun hoede, terwijl veearts Kers uit Hasselt vooral aan de Nieuwe Wetering klanten had.

Veeverloskundige en huisslachter
Freek Bosman van de Kamperzeedijk was veeverloskundige. Hij bediende de hele polder. Als Freek moest komen was het kalf vaak dood. Dan werd er een zaagje om de voorschouder van het kalf gebracht waar je aan moest trekken. Hierdoor werden het schouderblad en de voorpoot eraf gezaagd en was het kalf al een heel stuk smaller. Dan moest vaak de kont nog middendoor gezaagd worden. Het was zwaar werk. Soms, als het kalf nog niet al te lang dood was, werd het vlees van het kalf nog gegeten. “Dat smaakte apart, een beetje glibberig, ik was er niet zo gek op,” vertelt Roelie Kok.
Freek Bosman slachtte ook vee in de regio. Dag gebeurde vaak op maandag. Dan kwam op dinsdag de keurmeester en als hij alles goedkeurde kon het beest uit elkaar gehaald worden.

Freek Bosman stak de koeien ook op: dan was de speen te nauw. Hij had daar een speciaal mesje voor dat hij in de speen naar boven bracht en deze zo ruimer maakte. Vaak kreeg de koe dan toch nog uierontsteking, het was lastig om schoon te werken.
Freek Bosman kwam altijd op de motor, of het nu zomer was of winter. ’s Winters was het natuurlijk koud, dan droeg hij een hele grote leren jas, waarin je hem haast niet terug vond.
Verder leidde Freek Bosman ook mensen op tot veeverloskundige, o.a. de heer Wienen uit Dalfsen.

Bron(nen): 
Bronnen: Ab en Roelie Kok, Hannie Knol, Bernard Reuvekamp, Jan van Ittersum
Auteur: Annet Jonker
Foto's: uit archief fam. de Vries-Wienen, Annet Jonker