sluiten

Verhaal: Water en gemalen

De storm van 1825 was mede een ramp voor Mastenbroek, niet alleen verdronk zeer veel vee maar ook waren er meerdere menschenlevens te betreuren. De dijk van Grafhorst naar Genemuiden werd grotendeels onherstelbaar vernield. Toen werd een nieuwe dijk dichter bij het Ganzediep en de Goot gelegd, waardoor de Grafhorster Halingen en de Oostermaat nog aan den polder werden toegevoegd, die daardoor de grootte van ruim 8700 ha. verkreeg. Deze laatst ingedijkte gronden zijn door zijn door hun dikkere klei laag beduidend beter dan de aangrenzende gronden in de polder, waaruit lijkt dat Mastenbroek met betrekking tot de kwaliteit van den grond eigenlijk te vroeg werd ingedijkt.
In 1856 heeft het oude stoomgemaal voor ‘t eerst gemalen terwijl in 1878 het nieuwe in werking is gesteld. Tegen dit laatste gemaal was nog al oppositie. ”Eerst gaat het laatste water uit den polder en dan malen ze alle boeren door de lange pijp”!! verkondigden de tegenstanders luide. Zij legden daarom ten einde het water zooveel mogelijk te behouden, kaden om hun land, plaatsten molentjes voor inmaling, om 's zomers ook hun land zeer vochtig te kunnen houden. Tot voor eenige jaren liet men 's winters vanaf de stalling van het vee tot het begin van Maart 't land bijna onder water lopen, daarna werd er op vele plaatsen in de polder aangebrachte waterophoudende schotten opgetrokken om op zomerpeil te malen. Lang heeft men gemeend, dat van grootste belang was, dat de gronden 's winters nat werd gehouden en dat men daar dan 's zomers van profiteerde. Geleidelijk durfde men het winterpeil gelijk te houden aan het zomerpeil en zelfs het eerste geleidelijk zelfs lager dan het laatste 'bravo'
Het waterpeil in den polder varieert van 30 tot 50 cm beneden A.P.
De gemalen behoeven het water dus niet hoog op te voeren. Bij aanhoudende droogte wordt op drie plaatsen nl. Rademakerszijl, te Genemuiden en bij station Kampen, het water in den polder gelaten. Het stroomt dan naar binnen, hierdoor wordt de grond weer meer vochtig en wordt het vee tot in de uithoeken van heerlijk versch drinkwater voorzien.

Bron(nen): 
J.W. Holtland, in Landbouwblad 24-8-1928, n.a.v Landbouw Tentoonstelling “Zwolland” , 1928 in Zwolle