sluiten

Verhaal: Verraad op de Kamperzeedijk

“Hannes, kom eens kijken wat daar aankomt”, roept mevrouw van Oene. Hannes komt naar buiten en ziet, net als zijn vrouw, hoe de melkwagen nadert. Gerard van Assen zit, net als altijd, op de wagen. Bij de groepjes melkbussen, die gevuld aan de kant van de weg staan, stopt de wagen om ze op te laden, ook net als altijd. Maar een stel jonge kerels haalt ze er weer af, net zo snel als Gerard ze er op zet, net als vanmorgen. Maar Gerard is niet alleen: op de wagen zit een WA-man om de melkrijder te controleren. Het is zaterdagmiddag 1 mei 1943…

Wat is er aan de hand? Eind april hebben de Duitsers bevolen dat de vrijgelaten krijgsgevangenen van het Nederlandse leger zich opnieuw moeten melden. Maar het Nederlandse volk protesteert, en er breken stakingen uit, die de geschiedenis ingaan als de meistakingen. Niet alleen in de steden, ook op het platteland protesteerde men. Door geen melk meer af te leveren aan de zuivelfabrieken, kwam de ‘export’ naar Duitsland stil te liggen. De sfeer is erg gespannen.

Hannes van Oene wordt zo kwaad dat hij op de wagen springt en de WA-man flink door elkaar schudt. Dan trekt zijn zwager hem van de wagen. Maar de WA-man, die al grimmig is omdat hij niet kan voorkomen dat de bussen weer van de wagen afgehaald worden, is nu helemaal woedend. “ Dat kost je de kogel,” roept hij Hannes na!

“Man, Je moet meteen weg,” zegt zijn vrouw. “Ik smeer je wat brood en dan moet je gaan.” Hannes vertrekt meteen en duikt onder bij zijn zus, die een eindje verderop woont. Nog geen uur later hoort mevrouw van Oene de overvalwagen al aankomen. Ze wordt meegenomen naar het politiebureau aan de Trekvaart, omdat ze niet wil vertellen waar Hannes is. Ze wordt zelfs met de revolver onder de neus ondervraagd, maar ze zegt niets.

Intussen is de overvalwagen weer vertrokken, richting Kamperzeedijk en stopt bij zeven adressen. “Ze wisten precies waar ze zijn moesten, er moet verraad in het spel zijn geweest,” zegt mevrouw van Oene later. Nog diezelfde nacht wordt Hannes gevonden bij zijn zus. De volgende morgen wordt mevrouw Van Oene vrijgelaten. Ze loopt terug naar huis, naar haar vier jonge kinderen die door haar ouders opgevangen zijn.

De mannen worden meteen naar Hengelo gebracht, waar ze alle acht standrechtelijk veroordeeld worden. De zeven jonge mannen krijgen vanwege hun leeftijd niet de geëiste doodstraf, maar tien jaar tuchthuisstraf. Hannes wordt in de vroege ochtend van maandag 3 mei in de bossen van Almelo doodgeschoten.

Als mevrouw Van Oene op maandagmorgen met de bonkaarten, die Hannes ook voor anderen ophaalde en wegbracht, bij het gemeentehuis is IJsselmuiden komt, wordt ze een beetje vreemd aangekeken. “Ik maakte me niet zoveel zorgen, Hannes had immers niks ernstig gedaan,” vertelt ze later. Als ze het gemeentehuis weer verlaat, houdt een politieman haar even staande. “Heb je al iets gehoord?” Als ze zegt van niet, zegt hij: “Hou er rekening mee dat het weleens ernstig kan zijn.” Op de IJsselbrug komt ze een ver familielid tegen, die haar vraagt of het waar is dat Hannes is doodgeschoten, omdat het aangeschreven staat. Als ze bij haar familie komt, ziet ze dat het waar is.

Later komt er een predikant uit Hengelo, die haar alles vertelt, ook hoe moedig Hannes is geweest. Van de acht gearresteerde mannen komen er uiteindelijk vier weer thuis. Drie anderen overlijden in de concentratiekampen of net na de bevrijding aan de gevolgen daarvan.

Verhoudingsgewijs heeft de staking nergens zoveel slachtoffers geëist als juist aan de Kamperzeedijk. Deze gebeurtenis heeft een plaats gekregen in de documentaire annex speelfilm over de oorlogsjaren in IJsselmuiden.

Bron(nen): 
Krantenknipsel Kamper Nieuwsblad 16 maart 1985 uit archief Hannie Knol.
Auteur: Annet Jonker
Foto’s: uit krantenknipsel, Annet Jonker