Verhaal: De school, de oprichting in 1923
Ook voor 1923 was er een school in Mastenbroek. De school telde rond 1850 veertig leerlingen, die les kregen in een lokaal van 6,8m bij 5,2m en dat 2,8 meter hoog was. De beide meesters die in de 19e eeuw in Mastenbroek stonden waren koster, voorlezer en voorzanger en hielden de administratie bij van bijvoorbeeld de begraafplaats. De meester werd dan ook benoemd door de kerkenraad, al was de school niet specifiek christelijk.
Christelijke school
In 1910 probeert de kerkenraad voor het eerst om de school christelijk te maken, maar dit lukt niet omdat niet alle ouders voor de omzetting van openbaar naar christelijk zijn. In 1922 wordt een nieuwe poging gedaan en er wordt een schoolvereniging opgericht in de consistorie. De statuten moeten eerst Koninklijke goedkeuring hebben en daarom zal de kerkenraad met het gemeentebestuur onderhandelen en de school daarna aan de schoolvereniging over dragen. Er wordt een bestuur gekozen: de predikant wordt voorzitter en de helft van het bestuur moet bestaan uit leden van de kerkenraad. Alle twintig aanwezigen worden die avond lid van de vereniging.
Leerlingenaantal
Op dat moment zitten er op de Openbare school maar twintig leerlingen, en dat is een probleem. De wet eist minimaal 40 leerlingen om zonder bijzondere Koninklijke goedkeuring een christelijke school op te kunnen richten. De leden van het schoolbestuur bezoeken ouders aan de Nieuwe Wetering en de Bisschopswetering om te onderzoeken wie bereid is de kinderen in Mastenbroek naar school te doen. Men komt uit op 41 leerlingen. Er komt nog even een kink in de kabel als een gezin met vier kinderen zich terugtrekt, maar gelukkig is er een ander gezin dat ter wille van de goede zaak bereid is de kinderen in Mastenbroek naar school te laten gaan. Het leerlingental komt uit op 40 leerlingen. Op de vergadering van 28 augustus 1922 worden de stukken in orde gemaakt en ondertekend. Ze worden ter inzage gestuurd aan de inspecteur en de gemeente Zwollekerspel.
leerkrachten werven
Om leerkrachten te werven wordt er een advertentie gezet voor een hoofdonderwijzer en een onderwijzeres. Drie mensen solliciteren, waarop de heer C. Ravenhorst als hoofdonderwijzer en mejuffrouw M. J. Langman als onderwijzeres worden aangenomen. Hij trouw met M.J. Langman en betrekt in december 1922 de meesterwoning bij de school.
De onderwijzerswoning en de school moesten van de gemeente worden gekocht. Voor de woning betaalt de diaconie 6600 gulden en voor de school 6500 gulden plus 500 gulden voor de meubelen.
Officiële opening
Op 2 januari 1923 wordt de school officieel geopend met een kerkdienst in Nederlands Hervormde kerk in Mastenbroek door ds. van Wijngaarden, tevens voorzitter van het schoolbestuur. De tekst voor opening is Psalm 111. ‘De vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid.’
Om twee uur ’s middags nam meester Ravenhorst plaats voor de klas om kennis te maken met de leerlingen. De leerlingen worden getrakteerd op chocolademelk en ze krijgen een herinneringsplaat mee naar huis.
Als op 1 april 1923 het nieuwe schooljaar begint wordt de omzetting naar Christelijke lagere school geëffectueerd. De gewijzigde statuten en reglementen gaan dan officieel in.