Als je op zesjarige leeftijd op school kwam, kwam je op de ‘kleine’ school terecht: het gedeelte van de school aan de linkerkant. Aan de rechterkant zat de ‘grote’ school, met de klassen vier, vijf en zes. De kleine en de grote school hadden ieder hun eigen ingang. Voor de ingang was er over de hele breedte van het pad een put met een rooster, daar kon je je klompen een beetje aan afschrapen. Onder de kapstokken stond een houten klompenbak, waar je je klompen inzette. Dan trok je je klompschoenen aan, een soort instapmuiltjes, en ging je in de klas zitten.
Verbouwing
Later is de school verbouwd. De lokalen kwamen naast elkaar te liggen, de gang verdween uit het midden naar de buitenkant van de lokalen. Er waren toen twee gangen die ieder een eigen ingang naar een lokaal hadden. Op de plaats van de kolenhokken, die hier stonden, kwamen nieuwe wc’s. Er werd een apart kolenhok gebouwd in de tuin van de meester, bij de ingang. Hier kwam ook de waterpomp, in een open ruimte te staan.
Er stond in het midden van het gebouw een schoorsteen, waarop twee grote ronde kolenkachels waren aangesloten. Degene die dicht bij de kachel zat werd zo ongeveer geroosterd, wie bij het raam zat, achter in de klas, zat te bibberen van de kou.
Op het plein stond voor elk lokaal een houten zitbank, waar je op kon zitten. De grote notenbomen zorgden ’s zomers niet alleen voor schaduw, ’s winters werden de noten onder de kinderen verdeeld als ze gedroogd waren.
Oude erfenis
In 1923 nam de Christelijke school een oude erfenis over. Het schoolgebouw had alle kenmerken van een armoedige bouw zoals die van 1850 tot 1900 werd uitgevoerd. Men stelde in die tijd geen hoge eisen en het duurde tot na de 2e wereldoorlog voordat men tot de ontdekking kwam dat het oude schoolgebouw de beste tijd wel had gehad. Rond 1950 was de vloer aanvegen heel gemakkelijk; het stof verdween onder de planken vloer door de gaten die de muizen hadden gemaakt!
Toch duurde het nog tot 1963 voordat het gebouw werd afgebroken en er een nieuw schoolgebouw verrees.
Nieuw gebouw
Op 29 augustus 1963 werd het nieuwe schoolgebouw officieel geopend. Het was hoog tijd voor een nieuw gebouw, getuige het krantenartikel dat in het jubileumboek voor het 75-jarig bestaan is uitgegeven. Wanneer het regende, moesten de meester en juffen emmers neerzetten, men moest oppassen niet door de vloer te zakken. Bij de nieuwe school kwam een ruime speelplaats, een fietsenstalling en nieuw meubilair.
De meesterskamer was op zich niets bijzonders: hier zaten de meester en juffen koffie te drinken en brood te eten. Het was echter streng verboden terrein, waar je maar af en toe naar binnen mocht. In ieder geval één keer per jaar, als je jarig was en trakteerde.
Het was een grote eer voor de kinderen van de zesde klas om om kwart over twaalf op de gong te slaan, ten teken dat de middagpauze begonnen was. Als de zomervakantie begon, namen de leerlingen een plant uit de vensterbank mee naar huis om die goed te verzorgen!
Kleuters in ‘Het Trefpunt’
Aan een kleuterschool werd in 1963 nog niet gedacht maar wat later kwam die er ook.
Het bestaande schoolgebouw was echter te klein en daarom werden de allerkleinsten ondergebracht in ‘Het Trefpunt’. Na enkele jaren volgde al snel een uitbreiding van de bestaande lagere school, deze hoefde niet heel ingrijpend te zijn omdat het aantal leerlingen in Mastenbroek toen een dalende lijn te zien gaf. De in 1963 gebouwde school voldoet nog steeds als basisschool. Het aantal leerlingen was een tijd lang zo hoog dat er nog een noodgebouw heeft bijgestaan dat later weer is afgebroken.
Het speelveld
Achter de school ligt een mooi speelveld en een bos. Dit geeft mogelijkheden om o.a. diertjes, eikels, eieren en kastanjes te zoeken. Ook een molshoop kan overhoop gehaald worden om te onderzoeken waar de gang zit. Met lessen de natuur in school halen om met een vergrootglas alles te bekijken. Mede hierdoor heeft de school aantrekkingskracht en hebben kinderen uit de Zwolse wijk Stadshagen en uit Genemuiden de weg naar de school in Mastenbroek weten te vinden.